Pleasen: een oude strategie om liefde te vinden

Misschien dacht je lange tijd dat het gewoon jouw karakter was. Dat je van nature vriendelijk bent, zorgzaam en altijd streeft naar vrede. Dat je het fijn vindt als iedereen zich goed voelt en dat je daar best wat voor over hebt. Misschien zag je het zelfs als krachtig: dat je snel kunt schakelen, aanvoelen, zorgen en regelen. Een vriendin, dochter, partner of collega die altijd klaarstaat, onmisbaar omdat jij zo goed weet wat de ander nodig heeft.

Maar diep vanbinnen voelde je iets anders. Een sluimerende moeheid, een lege plek. Het gevoel niet gezien te worden, terwijl jij altijd klaarstaat en alles ziet. Pleasen is geen karaktertrek. Het is een strategie. Een overlevingsmechanisme dat je ooit ontwikkelde toen je klein en afhankelijk was, om liefde te ontvangen, om niet verlaten te worden, om veiligheid te bewaren.

De wetenschap bevestigt dit al jaren. In de hechtingspsychologie noemen ze het een adaptieve respons: je leert je gedrag subtiel afstemmen op wat er van je gevraagd wordt, vaak nog voordat er iets uitgesproken is. Een blik, een zucht, een verwachting in de ruimte. En jij past je keer op keer aan.

In je volwassen leven wordt dit een patroon. Je wordt geliefd om je empathie, je toewijding, je flexibiliteit. Maar diep vanbinnen raak je jezelf kwijt. Want hoe kun je nog weten wat jíj nodig hebt, als je zo lang hebt geleerd eerst te voelen wat de ander verlangt?

Je zenuwstelsel herkent het letterlijk als een bedreiging wanneer je ‘nee’ zegt. Stephen Porges, grondlegger van de polyvagaaltheorie, beschrijft hoe je lichaam in stress schiet bij conflict of afwijzing — en dan kiest voor vluchten, vechten, bevriezen… of pleasen. De zogeheten fawn-reactie is een diep ingesleten, lichamelijke reflex: je verzacht, je buigt, je maakt jezelf ongevaarlijk om de verbinding te bewaren.

Voor vrouwen speelt er iets extra’s mee. Eeuwenlang leerden zij te zorgen, te dienen, zichzelf weg te cijferen voor het welzijn van het geheel. Dat zit diep verankerd in onze lichamen, onze herinneringen, in onze grootmoeders, moeders en ook in onszelf. We leerden dat ‘lief gevonden worden’ belangrijker is dan ‘waarachtig zijn’, en dat grenzen egoïstisch zijn.

Maar wat als dat niet klopt?
Wat als pleasen jou juist weghoudt van jouw ware kracht?
Wat als je lichaam al jaren schreeuwt: ik wil rust. Ik wil echt zijn. Ik wil míj?

De gevolgen van jarenlang pleasen zijn voelbaar en zichtbaar. In burn-out, in depressieve gevoelens, in een lijf dat weigert, in een hart dat leeg is ondanks alles wat je geeft, in relaties die scheef zijn, in dat ongemakkelijke besef: ik weet niet meer wie ik ben.

Maar dit patroon is te doorbreken.
De wetenschap toont aan dat je brein zich kan herschrijven. Door neuroplasticiteit ontstaan nieuwe verbindingen. Jij kunt nieuwe paden banen, leren voelen wat jíj voelt, jouw grenzen herkennen. Door lichaamsgericht werken, schrijven, mediteren, ademen en bewegen kom je terug bij jezelf. Door te luisteren naar je verlangens en jouw eigen waarheid te omarmen.

Het is geen snel pad. Soms voelt het alsof je opnieuw moet leren lopen. Maar het is mogelijk. Jij bent mogelijk.

En er komt een dag dat je niet meer vraagt: “Wat wil jíj?”
Maar fluistert: “Wat wil ík?”

En die vraag opent een deur.
Een deur naar binnen.
Naar vrijheid.
Naar een leven dat klopt.
Niet omdat iedereen gelukkig is, maar omdat jij thuiskomt bij jezelf.

Vorige
Vorige

Wanneer de volle maan jouw Yoni aanraakt

Volgende
Volgende

Waarom je vandaag nog een boek moet pakken